Snijd de kabeljauw in stukken van ongeveer 3 cm. Doe in een kom en breng op smaak met zout en peper.

Snijd de bosui, gember en knoflook fijn. Verwijder eventueel de zaadlijsten uit de peper en snijd ook fijn. Stamp de peperkorrels fijn in een vijzel.

Verhit de wok alvast op hoog vuur. Roer de zwarte bonensaus, azijn, sojasaus, rijstwijn en suiker met 2 eetlepels water door elkaar.

Doe 3 eetlepels olie in de wok. Bak de vis in 2-4 minuten gaar; verspreid de vis goed over de wok en roer niet te veel. Keer de stukken vis liever een voor een voorzichtig om, zodat ze hun vorm behouden. Schep uit de wok.

Als er geen olie meer in de wok zit, doe je er nog 1 eetlepel in. Bak de gember, peper en de helft van de bosui 30 seconden. Voeg de knoflook en peperkorrels toe en bak alles 2 minuten. Schenk de saus erbij en breng aan de kook. Schep de gebakken kabeljauw erdoor en schep alles uit de pan. Bestrooi met de rest van de bosui.